Verslag zaterdag 4 februari 2006

Er wordt uitgebreid gebrainstormd over de invulling van de werkdagen: met of zonder agenda en als conclusie wordt getrokken dat een agenda wel nuttig kan zijn, alhoewel het hoofdpunt voorlopig zeer zeker "het Goddijn-project" zal blijven. De nevenactiviteiten moeten dan ook rechtstreeks met dit project te maken hebben, als een verdieping in bepaalde technieken. We zullen steeds van te voren daarvoor een planning maken. Hiermee in verband spreken we af de komende werkdag in maart uitsluitend te besteden aan "het Goddijn-project

In het kader van de nevenactiviteiten leert Jopie ons vandaag het aanbrengen van motieven of letters op boekbinderslinnen met behulp van sjablonen en verf. Ze heeft allerlei voorbeelden meegenomen en divers oefenmateriaal, zodat we het een en ander goed uit kunnen proberen.
Als verf raadt Jopie ons aan acrylverf te gebruiken, want die droogt snel en geeft niet af. Werken met blockprint (een verf voor druktechnieken) gaat ook uitstekend. Plakkaatverf heeft als nadeel dat het afgeeft na droging. Dus moet er gefixeerd worden, hetzij met speciale fixeer in spuitbus, met zwakke haarlak of met matte vernis. Verf in spuitbussen is ook toepasbaar.
Beslist af te raden is aquarelverf, omdat deze verf te veel water bevat.

Verder is het zeer belangrijk dat het sjabloon vlak en strak op het boekbinderslinnen bevestigd wordt, zodat de verf niet onder het sjabloon kan lekken. Een sjabloon is zelf te maken door het uit stevig plastic te snijden, maar in hobbyzaken is tegenwoordig een rijk scala aan sjablonen te koop.

Het is de kunst om de verf goed dekkend, maar niet vlekkend, opgebracht te krijgen.
Noodzaak is daarbij om met een "droge" kwast te werken, dus de in de verf gedoopte kwast eerst even te deppen op papier of i.d.


We vinden het een interessante techniek, die na veel oefening kunst zal baren!

Een week na dit experiment loop ik in het Chabot-museum in Rotterdam tegen de toepassing van deze techniek aan: de voorzijde van de Schortemeier-albums zijn op deze manier bewerkt.
Het zijn albums van groot formaat, gebonden in beige linnen, met op het voorplat een toepasselijke tekst en afbeelding gesjabloneerd.
Albums waarin Kees Schortemeier (1894-1979) als kunstverzamelaar zijn aantekeningen en beschouwingen over kunst, de kunstenaars en hun werken bijgehouden heeft.

De rest van de dag wordt besteed
aan werken aan de "Goddijn-boeken".
Hans en Anton zijn druk in de weer met de voorbereidingen om een blinddruk te maken op het boek van Hans, met behulp van de foliepers. Eerst uiteraard diverse proeven om de juiste aanleg en druk te kunnen bepalen. En dan komt het beslis-sende moment: de blinddruk op het voorplat. Terwijl Anton het boek op zijn plaats houdt, perst Hans met veel krachts-inspanning. Maar helaas, de stempelafdruk is niet gelijk aan beide zijden, zodat het aan de ene kant dieper in het leer ligt dan aan de andere kant.
Het blind stempelen is scheef gegaan omdat de platten schuin afgeschaafd zijn en dus moeilijk recht onder de pers kunnen worden gelegd. Als oplossing hadden Hans en Anton er reeds een opvulling van karton ondergelegd, maar dat was kennelijk nog te weinig. Geen nood. De aanleg is nog gefixeerd op de pers en met een kartonnetje extra onder het plat durft Hans het aan nog eens de stempel in het leer te drukken.
Hij heeft exact op dezelfde plek gedrukt, dat wel, maar toch blijft er enig verschil in diepte van de druk. Hans laat het echter hierbij en is redelijk tevreden met het resultaat. Maar het zint hem toch niet helemaal, zo blijkt al gauw een paar dagen erna. Hij heeft een perfecte oplossing gevonden om de "indruk" te camoufleren: met een goud schrijvende fineliner heeft hij het stempel ingekleurd!
Na deze ervaring concluderen we dat het beter is om een derde plat te gebruiken, ook schuin geschaafd, zodat die de scheefstand van het voorplat corrigeert en er dus echt een vlak plat onder de pers ligt.


blinddruk-resultaat

stempel in insluitraam

ingekleurde stempelafdruk

Anton legt ons nog eens de werking van de leerdunner uit en zo oefenen we op het zeer dun maken van het leer. Zeer belangrijk is het om het leer strak gespannen te houden en regelmatig het mesje te vervangen.


Jopie begint, net als Fem, met naaien van katernen op de naaibank voor resp. het 5e en 7e Goddijn-model.
Fem en Ine zijn druk in de weer met het snijden van boekblokken met de snijploeg, onder toeziend oog van Anton! Toch gaat er iets niet helemaal goed, want Fem is ontevreden over het resultaat. Ze heeft een paar mm verschil in breedte van voor- en achterkant van het boekblok. Dus gaat ze opnieuw aan de slag om dat verschil op te heffen. Het is duidelijk dat je zeer goed moet passen en meten met het zadel (of met een liniaal) of het boekblok haaks en juist in de blokpers klemt, alvorens je gaat snijden.
We vragen ons af of de boekbinders vroeger hierin uiterst nauwkeurig waren!

meten met het zadel

Als vliegende keep wordt Anton ook ingeschakeld bij Marjolein. Zij wil nog eens zien hoe je nu precies een facetrand vijlt. Het lijkt zo makkelijk als je dit Anton ziet doen! Heel belangrijk is het om de vijl met twee handen vast te houden.





Al met al een drukke dag die om is voor we er erg in hebben.